Berichten

Wat is daarop uw antwoord? Een haka?

Edith van Bommel

 

Onder de indruk was ik van de fans van IJsland en Wales. Het – na verlies – vieren van hún overwinning. Tot waar zíj gekomen waren. In hún context. Afgezien van het feit, dat je überhaupt over geweldig talent beschikt als je deelneemt aan het EK en in de laatste ronden belandt.

Vieren en er uiting aan geven. Culturen hebben daar rituelen voor. Zo werd de IJslandse haka (klap & ‘Oeh!’) tijdens het EK een hit. Maori’s uit Nieuw-Zeeland voeren haka’s (een ceremoniële dans) uit, maar ook op Samoa en Fiji kom je ze tegen.

Men probeert door een neertrekkende beweging de kracht van de goden vanuit de hemel naar beneden (in de krijger) te trekken. Men varieert in gezichtsuitdrukking, zoals het tonen van het oogwit en een lange tong.

De bekendste haka is de Ka Mate, die al jarenlang door het Nieuw-Zeelandse rugbyteam, de All Blacks, vóór het begin van iedere wedstrijd wordt uitgevoerd.

Ten onrechte wordt vaak gedacht dat de haka alleen een oorlogsdans is. Haka’s worden bij allerlei gelegenheden uitgevoerd. Bijvoorbeeld bij een begrafenis. Maar ook op een trouwerij.

 

Neem deze: Een haka op je bruiloft?
De bruid is ontroerd, geen tranen van angst :)

Ik ben een voorstander van ‘uiting geven aan’. Je uiten. Ook in een team. Het wordt zoveel makkelijker als je weet hoe iemand denkt, wat iemands drijfveren zijn. Je krijgt zoveel meer grip op een situatie. Zoveel meer openheid en eerlijkheid en dat duurt het langst. Een tijdbom ontploft en verwoest. Nee, dan beter een haka!

Ook na de zomer zoeken we de dynamiek van groepen op en geeft Publieksmotivator workshops Groepsdynamica voor professionals die met (behandel)groepen werken.

Oh ja, begin juli voltrok ik een eerste huwelijk.
Deze trouwambtenaar – in dienst van de gemeente Rotterdam – wenst je een mooie zomer!

Foto Erasmusbrug © Publieksmotivator Ι Foto trouwambtenaar © John Corvers

Word jij opgemerkt in een groep?

Edith van Bommel

 

‘Je zou geen duivelser straf kunnen bedenken dan dat je iemand, als dat fysiek mogelijk was, op de samenleving zou loslaten en dat werkelijk niemand zijn bestaan zou opmerken’, schreef William James al in 1890. Liever, vele malen liever, vinden we bevestiging. Zéker in een groep.

Je kunt op verschillende manieren iemands bestaan onderschrijven. Bijvoorbeeld door een hartelijke glimlach (visueel), een handdruk (tactiel), of een sympathiebetuiging (auditief). Eenvoudig?

Maar dat de ene mens de ander in zijn totaliteit erkent, wordt echter maar zelden verwezenlijkt. Erkenning is eerder een kwestie van ‘in meerdere of mindere mate’. Een kwestie van ‘mits en maar’. Die collega is een prima dame, als ze maar niet … (bezwaar). Die collega is een prima vent, maar … (bezwaar).

Onder de loep genomen, erkenning bevat drie belangrijke basisthema’s (Schutz, 1975):

Inclusie (Significance) 
Meetellen, erbij te horen, serieus genomen worden. Een basiserkenning. Opgemerkt, gezien en geaccepteerd worden.  Het gevoel dat je van betekenis bent. Het gaat om erkenning dat je er bent.

Controle (Competence)
Invloed hebben, kunnen bepalen wat er gebeurt, greep hebben op de omstandigheden. Tot iets in staat zijn. Iets gedaan kunnen krijgen. Het gaat om erkenning voor wat je kunt. Je deskundigheid, je prestaties. Goed gevonden worden.

Affectie (Lovability)
Het gevoel van genegenheid. Beminnenswaardig, aardig, sympathiek gevonden worden. Gewaardeerd worden om wie je bent als persoon.

Hoe zit dat nu in groepen?

Inclusie betreft de grenzen van de groep: wie hoort erbij en wie niet? ‘Binnen of buiten’. En subtieler: welke aspecten van de persoon worden in deze groep geaccepteerd en welke niet?

Controle betreft de vragen: ‘Wie in deze groep is ‘ up’? Wie is ’down?’ Wie is leidend, wie is volgend? Thema’s als macht, gezag en invloed spelen hier een hoofdrol.

Affectie betreft het regelen van de onderlinge nabijheid en afstand, ‘dichtbij versus veraf’.  Het gaat om verbondenheid, sympathie-antipathie, intimiteit. Uiten groepsleden openlijk hun affectie? Word je gewaardeerd om wie je bent? Met andere woorden: kun je jezelf zijn in deze groep?

Als je een groep begeleidt, heb je de eer het overzicht te mogen aanschouwen. Je ziet het vaak al aan de opstelling: wie zit waar? In welke subgroepen valt de groep uiteen? Wie voert het hoogste woord? Wordt dat ook gepikt? Door wie dan? Door wie niet? Merk je iets van verbondenheid, warmte? Of afstandelijkheid en/of strijd? De mate van erkenning is – als je goed kijkt – af te lezen aan posities en non-verbaal gedrag.

‘Lastige’ figuren in de groep? Om welke erkenning schreeuwt deze persoon in wezen? Het antwoord geeft enorm veel rust. En een milde blik van jou als begeleider, die onomstotelijk positief effect heeft op het gedrag van de ‘lastige’.

Je zou geen grotere beloning kunnen bedenken dan dat je iemands bestaan opmerkt en zijn bijdrage – wat dat ook is – erkent.

Bron: Handboek Groepsdynamica. Een inleiding op theorie en praktijk  (Jan Remmerswaal)
Foto: fragment Boeren – Kazimir Malevich (Drents Museum Assen, 2015 )

Meer weten over erkenning in groepen?
Haal verfrissende én leerzame workshops Groepsdynamica in huis.
Teamcoach nodig?

‘Mooie workshops met lef! Dynamisch, ervaringsgericht met theoretische kapstokken.’
‘Krachtig, leerzaam, met andere blik leren kijken naar groepen.’
‘Ik ben mij bewuster van het feit, dat er veel dingen zijn die de groepsbehandeling beïnvloeden.’ 

Iets voor jullie organisatie? Bel: 06-36252483

Wat is jouw relatievoorstel?

Edith van Bommel

 

Er zijn tientallen manieren om iemand ten huwelijk te vragen. Alle berichten zullen ongeveer dezelfde inhoud hebben, maar op betrekkingsniveau (de manier waarop iets gezegd wordt) kunnen ze variëren van een romantisch verzoek of een luchtige suggestie, tot een noodgedwongen en zakelijke actie. ‘Wil je met me trouwen?’ klinkt dan bijvoorbeeld als: ‘We moeten trouwen, er zit niets anders op’.

Bekijken we het betrekkingsniveau wat specifieker, dan merken we dat het gaat om het uitzenden van meer boodschappen tegelijkertijd, die samen een relatievoorstel vormen:

‘Zo zie ik mezelf’ (zelf-omschrijving)
‘Zo zie ik jou’ (omschrijving van de ander)
‘Zo zie ik onze relatie’ (relatiedefinitie)

De ander kan het relatievoorstel aanvaarden, verwerpen of negeren. Bij aanvaarding of verwerping is de communicatie duidelijk. De kern van negeren is dat de ander de keuze vermijdt tussen aanvaarden of verwerpen van het relatievoorstel. Negeren doe je door gebruik te maken van diskwalificaties.

Een diskwalificatie is een techniek waarmee:

je iets kunt zeggen zonder het echt te zeggen,
je iets kunt ontkennen zonder echt nee te zeggen,
je met iemand van mening kunt verschillen zonder dit openlijk te zeggen.

Twaalf bekende diskwalificaties zijn:

  • Stilte (zwijgen)
  • Ontwijken (zoals over iets heel anders gaan praten)
  • Indirect reageren (zoals tegen een andere persoon gaan praten)
  • Generaliseren
  • Zijdelings reageren (slechts reageren op een onbelangrijk detail)
  • Ziektesymptomen voorwenden (plotseling hoofdpijn krijgen)
  • Zelfdiskwalificatie (onsamenhangend gaan praten)
  • Zinnen niet afmaken
  • Afwisselend spreken in de tegenwoordige en verleden tijd
  • Ontkenning (van niet-uitgesproken maar duidelijk gebleken gevoelens)
  • Humor
  • Verwarringen over de letterlijke en symbolische betekenis van woorden

Je mag toch hopen, dat bovenstaand dozijn gedragingen niet in beeld komt op het moment suprême. Uitgerekend het moment dat je oog in oog staat met een fris en fruitige trouwambtenaar, die jou vraagt: ‘Wat is daarop je antwoord?’

Ik heb ooit eens bruid horen zeggen: ‘Ik zal het proberen’. Die tekst werd helaas niet goedgekeurd, maar ik vond ‘m erg eerlijk. En dat is mijn relatievoorstel: wees maar eerlijk over jezelf, over de ander en over de communicatie die je wenst.

 

Bron: Begeleiden van groepen – Groepsdynamica in de praktijk (Jan Remmerswaal)
Foto: Detail Erasmusbrug, © Publieksmotivator

Teamcoach nodig?
Een workshop Groepsdynamica? 

Bel: 06-36252483
Of stuur je vraag via info@publieksmotivator.nl

 

Vechter, vluchter of manipulator?

Edith van Bommel

 

Mensen hebben bijna van nature de neiging om ongemakkelijke gevoelens te vermijden. Daartoe heeft ieder zijn favoriete manieren, die – mits je je niet ziek meldt – mee de werkvloer opgaan. Deze individuele mechanismen kunnen ook signalen zijn van groepsafweer.

We onderscheiden drie typen afweergedrag:

Vechtgedrag (fight defenses)
Motto: De aanval is de beste verdediging. Drie voorbeelden:

  • Strijd met de leider
    Het groepslid dat de machtsstrijd aangaat met de leider (rivaliseren, hak zetten), bewijst aan de groep hoeveel moed hij heeft, maar is wellicht op de vlucht voor een aspect van zijn eigen gedrag.
  • Cynisme
    Zichtbaar in voortdurende vragen, of  kritiek op groepsafspraken en doelen, in wantrouwen ten opzichte van persoonlijk gedrag en in aanvallen op groepsleden die sterker zijn.
  • Verhoor
    Het stellen van een stortvloed aan vragen om iets te bewijzen, zorgt dat anderen op hun hoede blijven. Als je de ander voortdurend uitvraagt, blijf je zelf uit de gevarenzone.

Vluchtgedrag (flight defenses)
Vijf manieren om een eerlijke, open en persoonlijke communicatie in de groep te vermijden:

  • Intellectualiseren
    Bijvoorbeeld het telkens geven van psychologische verklaringen. Koel, diagnostisch of interpreterend. Met een dergelijk toevluchtsoord kun je uren doorbrengen zonder ook maar één millimeter dichterbij te komen.
  • Generaliseren
    Blijven spreken in vage, algemene en onpersoonlijke termen.
  • Projectie
    Eigenschappen die men van zichzelf niet accepteert, toeschrijven aan een ander. Dikwijls in de vorm van een verwijt.
  • Rationalisatie
    Een poging om lastige ervaringen goed te praten met mooie argumenten in plaats van te kijken naar de werkelijke redenen.
  • Terugtrekken
    Letterlijk, opstaan en vertrekken, maar vaker door stilletjes te vervallen in eigen overpeinzingen. Soms zie je een hele groep stilvallen. Een andere vorm van zich terugtrekken is te zien in groepen die voortdurend praten over gebeurtenissen uit het verleden, in plaats van wat nu op tafel ligt.

Groepsmanipulatie (group manipulation defenses)
Iemand manipuleert andere teamleden om zichzelf te beschermen tegen een te persoonlijke
betrokkenheid of confrontatie. Drie voorbeelden:

  • Paarvorming (Pairing)
  • Rode Kruis-gedrag (Red-Crossing)
  • Alle ogen zijn gericht op Kwatta

Lees meer over groepsmanipulatie in Groepsmanipulatie, toch niet in ons team?

Inzichtgevende vragen

  1. Wie zijn de vechters, de vluchters en de manipulators in je team? Wat zijn hun drijfveren?
  2. Welke rol heb jij?
  3. Wat levert dit teamplaatje op? Valt er wat te veranderen? Wat moet er gebeuren?

Vechten en vluchten gaan samen. Een pasgeboren gans ontvlucht zijn benarde positie en vecht voor zijn leven in een moedige sprong. Duizelingwekkend én schrikbarend. Bekijk onderstaand filmpje alsjeblieft tot en mét het ongelooflijke einde. ‘A little dazed perhaps, but all in one piece!’

Soms moet je gewoon lef hebben.
Voor elke type afweergedrag op een andere manier.
De uitdaging is in alle gevallen: je rustige, eerlijke zelf tonen.

 

Villa Kakelbont, een team vol vechters? Iets te veel vluchters? Graag wat meer evenwicht? 
Deze teamcoach – opgeleid door het Europees Instituut, 30 jaar ervaring met groepen en teams – helpt je graag.

Neem voor teamcoaching, of workshops Groepsdynamica van een (behandel)groep contact op met: 06-36252483, of stel je vraag via info@publieksmotivator.nl

Wat klanten zeggen?

 

Bron: Begeleiden van groepen – Groepsdynamica in praktijk, Jan Remmerswaal

Volgers, rare snuiters?

Edith van Bommel

 

Geselecteerd worden voor een Master Volgerschap klinkt toch een stuk minder aantrekkelijk dan doorgaan voor een Master Leiderschap. Het woord volger heeft – los van social media – regelmatig een negatieve associatie. Waarom eigenlijk? Zonder volgers immers geen leiderschap.

We worden overspoeld met kenmerken van goede leiders, maar wat is je beeld van een goede volger? Als je dat inzicht hebt, kun je gemakkelijker leiding geven.

Volgers werken meestal in de schaduw van de leider. Volgers werken vaak achter de schermen. Wat achter de schermen plaatsvindt zien we niet, maar je merkt het ogenblikkelijk als het daar aan draagvlak ontbreekt. Ook volgers heb je, net als leiders, in soorten en maten.

 

Enkele typen volgers (Kelley, 1996):

  • Schapen zijn passief, niet-kritisch. Ze tonen weinig initiatief en verantwoordelijkheidsgevoel.
  • Jaknikkers zijn levendiger en actiever dan schapen, maar net zo onzelfstandig. Ze blijven, met respect of onderdanigheid, afhankelijk van de leider. Ze vertellen de leider alleen wat hij wil horen.
  • Mopperaars zijn kritisch en zelfstandig, maar blijven passief in hun rol. Ooit zijn ze afgehaakt van de groep of van de organisatie. Cynische, of zich met moeite schikkende, pruttelende klagers.
  • Effectieve volgers zijn kritische meedenkers die actief participeren. Ze laten hun commentaar duidelijk horen. Ze wijzen anderen op hun fouten, maar geven ook makkelijk die van henzelf toe.

Wat maakt je collega’s schapen of jaknikkers? Krijgen mopperaars wel eens ruim zendtijd? Zijn er effectieve volgers? Wie zijn dat dan? En om welke reden? Hoeveel procent van elk type hebben jullie in huis? Percentages van typen volgers brengen de mate van draagvlak, energie en efficiëntie in beeld.

Twee tips:

  • Let deze week eens niet op jezelf, maar op het volggedrag van je collega’s. Schrijf de inzichten op.
  • Bekijk onderstaand filmpje en geniet ervan! Fantastisch, als volgen zó soepel gaat.

 

 

Mopperaars in je team omzetten in effectieve volgers en succesvolle partners? Steuntje in de rug nodig? Publieksmotivator helpt je graag. Als teamcoach, met een training of een workshop.
Bel gerust: 06-36252483

Inspiratiebron: Handboek Groepsdynamica – Remmerswaal
Foto: ©Publieksmotivator

Waarom Spike de zaal wél meekrijgt

Edith van Bommel

 

Zondag 17 januari was het zover, aflevering 1 van een nieuwe reeks Maestro. In dit tv-programma (AVROTROS) verschijnen BN-ers op de dirigentenbok, in hun poging beroepsmusici muzikaal aan te jagen. Ik blijf me bescheuren. Het is zichtbaar én komisch wat er gebeurt met het tempo van een heel orkest, als je als leidinggevende ook maar één nuance aanbrengt in je non-verbale gedrag. In positieve zin, dan heb je acuut succes. Sla je (de plank) mis, dan ga je ter plekke af. René Froger had in die zin een minder fijne avond. Spike werd winnaar in 2014.

Wat Spike (gitarist Di-rect) doet, kun jij ook, als je een groep begeleidt of leidinggeeft:

  • Hij komt goedgemutst en energiek binnen: ‘Hoi!’
  • Hij maakt meteen contact, hij schudt handen.
  • Hij maakt met allen contact: oogcontact.
  • Hij geeft zijn musici de kans zich te positioneren: hij nodigt het koor uit te gaan staan.
  • Hij zorgt voor gezamenlijke concentratie, hij bezint eer hij begint.
  • Hij voert zijn taak met verve uit en geeft alles wat hij heeft.
  • Hij zorgt voor een lach op de gezichten. Bij hemzelf, bij zijn orkest (lees: medewerkers) en bij de toehoorders (lees: klanten). Ze werken intens én hebben lol!

Het is één geheel en dat lijkt simpel, maar je krijgt het niet zomaar! Dat weergaloze warmhartigheid in je voordeel werkt, staat vast.

Eens kijken hoe Spike de zaal meekrijgt? Speaker op luid. Volle borst?
Start 0.35-3.35 (fragment drie minuten). Met commentaar jury t/m 6.12 min.

 

 

Wie wil dat nou niet, volle overgave? ‘Of course it’s ten points!’ Ik wens je dat toe, dat je tot je recht komt. Dat je ten volle leiding kunt geven aan je leven en werk. Overgave begint bij jezelf. Als je met volle overgave je werk uitvoert, krijg je anderen mee.

Wel erg alleen als leidinggevende op zo’n bok? Steuntje in de rug nodig? Publieksmotivator helpt je graag: als teamcoach, met een training of een workshopBel gerust: 06-36252483

Tekening: fragment van afbeelding – site Pixabay

Hoe krijg ik grip op die groep?

Edith van Bommel

 

Goed voorbereid. Kennis van zaken. Zin an. Je denkt het en je roept het ook: ‘Hóp, hóp, hóp!’ Maar in plaats van een actief-dynamische reactie, staart je groep je met de armen over elkaar stoïcijns aan. Hoezo hop, hop, hop? De moed zakt je ter plekke in de schoenen. Hoe krijg ik die groep in ’s hemelsnaam in beweging? Die groep gaat nu al met mij aan de haal!

Er komen steeds meer groepsbehandelingen. De zorg verandert. Diagnose-gebonden teams, multidisciplinair. Dat valt lang niet altijd mee, als je gewend bent een-op-een-behandelingen te geven.

Bovendien komt je vak-expertise op de achtergrond. Je hebt immers je handen vol aan de groepsbegeleiding. Er gebeurt van alles: een negatieveling, die de rest meetrekt. Een allesbepalende figuur: ‘Nee, zo gaan we dat niet doen’. Een lijdzame stille. Waarop – en vooral hoe – moet je nu reageren?

Hoe haal je het maximale rendement uit de bijeenkomst, juist omdát het een groep is? Ik zeg: wees niet bang voor die groepsdynamiek, gebruik ‘m. Leg ‘m bloot.

Als je met groepen werkt, realiseer je om te beginnen eens het volgende:

Mensen gedragen zich anders in groepen. Een-op-een zag je iemands ware aard, in de groep loopt diezelfde persoon met de meute mee, heeft ineens geen mening meer, verschuilt zich achter grapjes en/of een bondje.

Een groep versterkt wat er leeft: in positieve of negatieve zin. Het valt niet mee om kleur te blijven bekennen als de meerderheid wat anders vindt. Of lijkt te vinden. Buiten de boot vallen is een basale levensangst die we liever niet ervaren. Stevige klagers trekken de (sfeer van de) groep naar beneden. Aan optimisten trekt de groep zich op.

Groepsdynamica begint al vóór een bijeenkomst. Je zit op de fiets en je denkt en voelt al van alles over die bijeenkomst. Bijvoorbeeld: ‘Oh, als het maar niet weer zo lang duurt. Tijdrovend, dat gemuts over die protocollen …’ Of:  ‘Vandaag hou ik mijn mond. Er wordt toch niet naar me geluisterd.’

Groepsdynamica vindt plaats tijdens de bijeenkomst, maar ook op plekken waar je er géén zicht op hebt. Bij de koffieautomaat, bijvoorbeeld. Dáár wordt contact gemaakt of juist gemeden. De dynamiek van een groep werkt ook door ná de bijeenkomst.

In een groep komt alles in veelvoud op tafel. Er is namelijk niet één gesprekspartner, maar er zitten er bijvoorbeeld vijftien. Vijftien verschillende persoonlijkheden. Vijftien innerlijke belevingswerelden. Vijftien andere levenstempo’s. Vijftien verschillende communicatiestijlen én leerstijlen. Vijftien setjes eigen-aardigheden. Goe-de-mor-gen. En jij wilde graag hóp, hóp, hóp aan de slag …?

Een eenvoudig inzicht dat helpt:

Elke groep functioneert tegelijkertijd op twee niveaus:
Op taakniveau, dat verwijst naar de inhoud van de groepsactiviteit. En op sociaal-emotioneel niveau, dat verwijst naar de manier waarop men met elkaar omgaat tijdens de taak. De tweedeling is een centraal thema in de groepsdynamica (Remmerswaal). Aan de kwaliteit van de niveaus herken je succesvolle groepen en teams.

Het brommen in een groep (in de vorm van gemompel tegen de buurman), is altijd terug te voeren naar deze twee niveaus. Stel om te beginnen daar je vragen over. Wel erg simpel, zou je kunnen denken. Maar doe het eens.

Bijvoorbeeld: Waar gaat het hier mis? Is het om te beginnen het takenplaatje (te veel, te weinig, te onduidelijk, niet nuttig, the wrong persons on the wrong job, etc.)? Of is het om te beginnen het gevoel (niet veilig, hiërarchie, onbekend, andere werkculturen gewend, dominantie, etc.)? Bij een oprechte vraag krijg je ongetwijfeld een oprecht antwoord. En daarmee een belangrijk handvat.

Nog wat voorbeelden:

Taakniveau 
Is de taak jullie eigenlijk duidelijk? Staan jullie achter je taak?
Wat is precies het doel van deze bijeenkomsten? Kunnen jullie je in het doel vinden?
Wat is onze werkwijze? Werkt-ie?
Hoeveel tijd hebben we? Passen de taken in de gegeven tijd? Moet het te snel? Gaat het te langzaam?
Zijn er regels? Zijn de regels duidelijk? Hoe bevallen de regels jullie? Etc.

Sociaal-emotioneel niveau 
Ben je als deelnemer hier uit vrije wil, of ben je ‘op de lijst gezet’? Hoe staat het met je motivatie?
Hoe kijk je tegen deze bijeenkomsten aan (verwachtingen)?
In hoeverre ken je je groepsgenoten? Wat maken de anderen voor een indruk op je?
Voel je je op je gemak in deze setting?
In hoeverre kun je jezelf zijn hier? Etc.

Ik wens je helderheid, plezier én grip op de groep die je begeleidt!

Meer grip op je groep?

Haal een workshop Groepsdynamica in huis!

Bel: 06-36252483.
Of meld je aan per e-mail: Workshop Groepsdynamica

 

Wat klanten over Publieksmotivator zeggen, lees je hier.

Illustratie: EvB, Buitenkunst 2015

Aanvallers-Middenvelders-Verdedigers. Wie zijn dat in jullie team?

Edith van Bommel

 

Dit blog bevat super-korte filmpjes. Vanaf 1974. Klik op de rode links.

De ballen vliegen ons om de oren. Het WK is in volle gang. Scoren geeft een goed gevoel, een catharsis voor ieder die kijkt. Maar een scherpe voorzet en daarmee de ander z’n euforie gunnen, is minstens zo belangrijk. De winst is uiteindelijk voor het hele elftal en klinkt na in de huiskamer van de aan de buis gekluisterde klant. Laten we eens een kijkje nemen in ons eigen team – het spelersveld op de werkvloer. Als een reflecterende bondscoach op een bankje.

Aanvallers zijn de voetballers in de voorste linie. Het maken van doelpunten is hun hoofdtaak. Het zijn de spitsen, regelmatig bijgestaan door twee vleugelspelers die de voorzet geven. Een aanval is de beste verdediging? In de aanval is het hoe dan ook spannend. Een aanval is een sterke voorwaartse beweging. Gedreven en doelgericht, letterlijk. Adrenaline! In de aanval worden zaken op de spits gedreven. Wie zijn de aanvallers in jouw team? Wie staan in die voorste linie? Voor de duvel niet bang? Wie zijn dat, die recht op hun doel afstevenen? Zij, die punten scoren, dwars door de geluidsbarrière heen?

Middenvelders kunnen aanvallend én verdedigend spelen. Zij kunnen op het middenveld twee kanten op. Er wordt gezegd dat het daarom de voetballers zijn die zich het meeste bewegen en dan ook sneller vermoeid raken. Vaak wordt het middenveld gezien als de spil van het spel. Wie het middenveld beheerst heeft de meeste kans om te winnen? Wie zijn dat, die middenvelders in jouw team? Wie staan tussen de aanvallers en verdedigers in? Wie zijn dat, die beweeglijke figuren die sneller vermoeid raken? Zijn zij inderdaad de de spil van jullie team?

Verdedigers opereren in de achterste linie. Zij waken ervoor, dat de doelman onnodig in de problemen komt. Verdedigers maken vaak gebruik van tackles om de tegenstander de bal te ontnemen. Zijn er verdedigers in jullie team? Wie bewaken de doelman (teamleider, manager) met hand en tand? Wie zijn dat, die alle zeilen bijzetten om onheil buiten de deur te houden? Welke tactiek gebruiken ze? Hoe pakt dat uit?

Is jullie teamopstelling op de werkvloer optimaal? Of zijn er wel erg veel aanvallers? Behoorlijk wat verdedigers? Hoe staat het met het middenveld? Niet vooruit te branden? Wispelturig? Mogelijk constateer je dat jullie spelersverdeling zo gek nog niet is. In dat geval: gefeliciteerd! In alle andere gevallen: je kunt Van Gaal eens om raad vragen, óf een teamcoach bellen.

 

Voor die laatste optie: Deze teamcoach werkt verhelderend.

Inzichtgevende workshop? Workshops Groepsdynamica

 

 

 

Welk teamlid draagt die door jou felbegeerde tool in zich?

Edith van Bommel

 

Zo stonden de stoelen, vlak voor mijn workshop met 160 personen op een congres. Ik heb genoten van dat beeld. In deze weloverwogen opstelling hadden deelnemers 160 opties om plaats te nemen. Enige beperking – of liever verruiming – was, dat ze face to face tegenover iemand anders zouden komen te zitten. En dat is altijd spannend: wie kijk je in de ogen?

Een team biedt de kans diverse personen in de ogen kijken. Een kleurenpalet aan diversiteit. Ogen als spiegels van zielen. Bij sommigen gaat dat kijken heel gemakkelijk, bij anderen is dat ronduit ongemakkelijk. En juist die ongemakkelijke ontmoeting biedt kansen tot nader onderzoek.

In het kernkwadrant van Offman komt je allergie op tafel. Je allergie voor bepaald gedrag. Wie heeft teveel van wat jij goed zou kunnen gebruiken? Wie is in jouw ogen te sloom, maar heeft in de kern de rust, die jou ontbreekt? Wie is in jouw ogen te arrogant,  maar heeft in de kern het zelfvertrouwen waarvan jij te weinig hebt? Met andere woorden: wie draagt een in wezen door jou felbegeerde tool in zich? Die tool, gehuld in een jasje van ergernis?

Mogelijk weet je meteen de naam van een collega. Schrijf die naam, als sleutelwoord van de week, eens op. Mogelijk spreek je deze tool-hebbende-collega. Mogelijk ontwijk je hem of haar. In dat geval, vat eens moed. Maak eens tijd. Pak eens twee stoelen. Ga eens tegenover elkaar zitten. Wissel eens uit. Vraag eens feedback. Vraag eens een tip. Die collega die jou ergert, voor wie je allergisch bent, rammelt onbewust aan je deur: kijk eens naar mij. Ik ben belangrijk voor jou.

 

Meer teaminzicht? Publieksmotivator biedt teamcoaching. Meer info? info@publieksmotivator.nl

Begeleid je groepen of teams? Zin in een workshop Groepsdynamica? Workshops Groepsdynamica

 

 

 

Teamwerk is te horen. Hoe klinkt jullie team?

Edith van Bommel

 

Dit blog bevat korte stukjes sambamuziek. Klik op de rode links om ze te horen.

In een Braziliaanse sambaband moet je ‘m flink van jetje geven, anders ben je niet hoorbaar. Daar staat tegenover: oordoppen dragen. Doe je dat niet, dan gaat je gehoor eraan. Daartoe nodigt elk team je uit: geluid produceren én je oren bewaken. Dat vraagt afstemmen, letterlijk.

Geluid produceren op basis van diversiteit is een kunst. In een sambaband is het geluid gebaseerd op diverse secties, trommelsoorten. Elke sectie heeft een functie. Bijvoorbeeld: zorgen voor een stevige basis, dat doen de surdo’s (grote bastrommels). Zorgen voor een constante, swingende groove is de taak van de caixa’s (snaredrums). Of smaakmaker zijn, echt iets voor de tamborims (kleine handtrommels). Elke sectie (lees vakgroep) voegt een speciale kleur toe, die je mist zodra deze wegvalt. Nergens zo voelbaar als in zo’n band. En het klinkt lekker, omdat ieder een eigen bijdrage heeft. Deze bijdrage moet wel hoorbaar zijn.

Wie herrie maakt, kan herrie verwachten. Oren bewaken? Doppen! Of benut de kracht van stiltes. In muziek is daar een teken voor: een rust, die zijn naam eer aan doet én spannend maakt. Wij zijn in de regel bang voor stiltes. Want daar gebeurt het. Die veelbetekenende stilte, waarin je je adem inhoudt, waarin je oogcontact vermijdt of naar een onderwerp zoekt. Maar een stilte maakt plaats, biedt ruimte, laat naklinken. Wat voor en na de stilte komt is afgebakend. Als groep stiltes durven laten vallen is een kunst. In een stilte is er geen gekakel. Als je stil bent, kan een ander spreken, komt geluid tot z’n recht.

Het gaat mis als afstemmen niet gebeurt. Acuut, al bij de te trage muzikale inzet. Een druppelsgewijs starten, zoals bij laatkomers. Een aarzelend en onduidelijk begin, zoals bij een vergadering. Maar ook als een sectie te hárd van stapel loopt en het team wordt meegesleurd. Als een van de berg afrijdende kar, met losvliegende wielen, tot stilstand komend in de berm. Als je geluk hebt, geeft dat hilariteit. In de regel geeft het ergernis.

Een band is een metafoor voor een sprankelend team. Klinken en laten klinken. Knallen en stil zijn. En? Hoe klinkt jullie team? Zit er (nog) groove in? Knalt het? Stilgevallen? Publieksmotivator helpt u graag verder.

 

Geef ‘m eens van jetje: vandaag een teamcoach geboekt, binnenkort in huis.

Liever een workshop Groepsdynamica? Workshops Groepsdynamica

 

Geluidsfragmenten © www.sambalanco.nl

 
 

Lees meer